Kleinschalig bouwen aan randen van steden en dorpen levert in de provincie Utrecht 21.880 woningen op. Deze manier van bouwen kan dus flink bijdragen aan het realiseren van de woningbouwopgave, blijkt uit een onderzoek van het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) in opdracht van het ministerie van BZK/VRO.
Taco van Hoek, directeur van het EIB zal tijdens de Netwerkbijeenkomst Mobiliteit, Bouwen, Wonen ingaan op de uitkomsten van het onderzoek en de mogelijkheden voor kleinschalig bouwen in de verschillende gemeenten in de provincie Utrecht. Ook Arno Visser (voorzitter Koninklijke Bouwend Nederland) en Rob van Muilekom (gedeputeerde voor o.a. wonen) komen aan het woord. Deze bijeenkomst op dinsdag 7 november aanstaande wordt georganiseerd door Koninklijke Bouwend Nederland en de VNG Utrecht en vindt plaats in de raadzaal het Stadshuis van Nieuwegein.
Minister in gesprek met provincies
Het onderzoek, dat behalve de provincie Utrecht ook Noord-Brabant en Zuid-Holland betrof, toont aan dat, hoewel er veel mogelijkheden zijn om te bouwen in het buitengebied, het toch niet goed van de grond komt. Minister De Jonge gaat daarom met alle provincies in gesprek over het bieden van ruimte voor kleinschalig bouwen aan randen van steden en dorpen, ook omdat dit een positief effect zou kunnen hebben op de leefbaarheid in kleine kernen.
Dit sluit ook aan bij de coalitieprogramma’s van diverse provincies. Waar nodig vraagt dat ook om aanpassing van de regels in de provinciale verordening. De inzet is om dit jaar bestuurlijke afspraken te maken met de afzonderlijke provincies, in samenhang met het bestuurlijke overleg over de voortgang van de woondeals.