Framen en reframen. Daarover ging het tijdens het Voorjaarscongres van de VNG afdeling Utrecht, dat op vrijdag 27 mei 2016 werd gehouden in Wijk bij Duurstede. Hoogleraar Hans de Bruijn bracht de deelnemers aan het congres de finesses bij van een spel dat naar zijn mening iedere politicus en bestuurder zich eigen hoort te maken. Framing is namelijk de manier bij uitstek om in het openbaar bestuur het eigen gelijk te halen.
Meer dan 100 raadsleden, burgemeesters, wethouders, gemeentesecretarissen en griffiers maar ook commissaris van de koning Willibrord van Beek en gedeputeerden Bart Krol en Pim van den Berg en een aantal andere gasten van onder meer de VNG waren afgekomen op het Voorjaarscongres.
Zij werden hartelijk welkom geheten door burgemeester Tjapko Poppens van Wijk bij Duurstede, die de rijke historie van de gastgemeente in herinnering bracht en erop wees dat de aloude handelsgeest en dadendrang nu nog steeds aanwezig zijn bij zijn inwoners. “Steeds meer maatschappelijke, sociale en culturele activiteiten worden door de burgers zelf opgepakt. Er zit veel denkkracht en creativiteit in de samenleving. Ik adviseer u om daar gebruik van te maken.”
Voorzitter Koos Janssen leidde de aanwezigen door de agenda van de Algemene Ledenvergadering (Klik hier voor het verslag) en gaf vervolgens het woord aan Kees Jan de Vet, die per 1 juli aanstaande vertrekt als lid van de directieraad van de VNG.
In de zeven jaar dat De Vet voor de VNG in Den Haag actief was, is hem één ding bij gemeenten opgevallen, zo zei hij. “En dat is de ongezonde afhankelijkheid van de rijksoverheid. Gemeenten moeten zich realiseren dat het niet meer in Den Haag gebeurt. Daar hoort dus ook een andere bestuurlijke omgeving bij, met lokale regels en lokale financiering. We zitten met elkaar in een gedateerde omgeving. Het moet radicaal anders.”
Overinterpreteren
Hans de Bruijn, politicoloog, jurist en hoogleraar bestuurskunde aan de TU Delft, nam het stokje over als keynote speaker van het congres ‘Framing: beeld of werkelijkheid’. Framing speelt zowel in het publieke als politieke debat een steeds grotere rol. Nog steeds proberen we elkaar te overtuigen met goede inhoudelijke argumenten. Maar iedere zichzelf respecterende bestuurder en politicus weet inmiddels dat hij de ander ook kan overtuigen door de manier waarop de argumenten zijn gestructureerd of ‘geframed’. De vraag is alleen: hoe doe je dat?
Rond die vraag had De Bruijn zijn tweeledige betoog opgebouwd. Voor de pauze kwam vooral de theorie van het framen aan de orde. Een frame maakt de wereld op aansprekende wijze groter of juist kleiner dan deze in werkelijkheid is, zo werd duidelijk. De Bruijn vergeleek het met een groepsfoto met 100 mensen waarvan er drie chagrijnig kijken. “Door op die drie de nadruk te leggen en daaraan de conclusie te verbinden dat het chagrijn de sfeer op de bijeenkomst bepaalde ‘overinterpreteer’ je de werkelijkheid en creëer je dus een frame.”
Een thema als ontwikkelingssamenwerking wordt door de VVD niet bepaald positief benaderd. “Er zijn tal van tegenargumenten te verzinnen, maar je kunt er ook een beeld aan verbinden. Bijvoorbeeld door te stellen dat je arme mensen geen vissen moet geven maar hengels.”