Toon 3 van 3
 Platform voor de samenleving

Dennis van Ommeren heeft als verslaggever van RTV Utrecht de verdwijning van Ruben Julian van zeer nabij gevolgd. Hij wees in het debat vooral op de eigen rol en functie van de media als er eenmaal sprake is van een calamiteit. “Media bieden de samenleving ook een platform om haar emoties te tonen.”

Daar komt bij dat bestuurders de media maar wat graag weten te vinden als het ze goed uitkomt. “Gemeenten moeten ook eens in de spiegel kijken. Want het gebeurt regelmatig dat er stukken naar de media worden gelekt. Daar ben ik als journalist blij mee, maar het zou goed zijn als gemeenten zich daar mee van bewust zouden zijn. Het zijn niet alleen de mensen van de straat maar ook de mensen in de raad, en binnen de gemeentelijke organisatie zelf die lekken. Ongeacht de afspraken die daarover zijn gemaakt.”
Duidelijke afspraken maken over de woordvoering is dan ook voorwaarde, zo bleek in de discussie. Niet in de laatste plaats omdat nogal wat bestuurders en raadsleden niet door hebben wat het effect kan zijn van bepaalde uitspraken. Maar dan nog: iets zeggen is beter dan niet zeggen. Sprokkereef: “De mond houden kan gewoon niet Een hongerig nieuwsmonster dat gevoed wil worden, maar verstoken blijft van informatie, is het slechtste dat je kunt hebben.”

Dat is precies de reden waarom in de gemeente Woerden geoefend gaat worden met de communicatie rond incidenten, vertelde wethouder Yolan Koster. “Wij gaan op basis van een aantal eerdere incidenten in debat met de gemeenteraad. Welke rol en verantwoordelijkheden heb je, wat doe je wel en niet, en waar liggen de grenzen van het betamelijke? Ik raad elke gemeente aan om zo’n incidentendebat te voeren.”
Rob Zakee, wethouder in Bunnik, is het daar van harte mee eens. “Je kunt natuurlijk het monster op je af laten komen. Maar je kunt er ook proactief in gaan zitten. De media vertegenwoordigen immers de stem van het volk. Wij zijn het als bestuurders verplicht om veel beter te kijken naar wat zij nodig hebben.”
Temeer omdat journalisten volgens Van Ommeren wel degelijk integer kunnen handelen en ook lang niet altijd bezig zijn met de schuldvraag. “De verhouding tussen het openbaar bestuur en de media is geen kwestie van wij tegen zij. Zeker niet wanneer de gemeente kiest voor openheid en transparantie.”

Bemoedigende opstap

In zijn slotwoord sprak voorzitter Koos Janssen van de VNG afdeling Utrecht zijn waardering uit over het open debat over een onderwerp dat toch zeer ingewikkeld en gevoelig is. “We hebben er de tijd voor genomen, er was rust en betrokkenheid, en dat is een bemoedigende opstap naar de veranderende omstandigheden en verantwoordelijkheden in de jeugdzorg.”

Het is en blijft volgens Janssen van belang dat iedereen doordrongen blijft van zijn eigen rol in en bijdrage aan het maatschappelijk debat. “Geef iedereen maar vooral de professionals de ruimte om hun werk te doen. Nog te vaak zie ik in het openbaar bestuur gebeuren dat de politiek kiest voor een andere hiërarchie en volgorde dan op basis van professionaliteit gewenst zou zijn. Laat de betrokkenheid het in deze winnen van politiek vernuft. Want als politiek gewin de leidraad wordt in ons werk, komen we in een gevaarlijk spel terecht.”

Toon 3 van 3
Delen.

Reacties zijn uitgeschakeld.