Toon 3 van 3

Rekenschap geven

Waarmee meteen het derde ingrediënt van de representatieve democratie is benoemd: zich rekenschap geven. “Je moet als politicus kunnen uitleggen waarom besluiten genomen zijn”, aldus Bijl. “Ondanks het feit dat het publiek daar eigenlijk helemaal niet zo in geïnteresseerd is. De politiek denkt dat dat wel zo is. Zij rekent erop tijdens verkiezingen beloon te worden voor goed gedrag. Maar daar is geen sprake van. Je krijgt echt geen aai over je bol als je het goed hebt gedaan. Wat je voor elkaar hebt gekregen, heeft geen impact.”

Volgens Bijl ligt mede daarom de voornaamste uitdaging voor raadsleden bij aggregatie en deliberatie. “Laat je voeden met kwesties, argumenten en voorbeelden en zorg dat ze een plek krijgen in het publieke debat. Neem als raad in vergadering bijeen vervolgens herkenbare standpunten in, doe dat in begrijpelijke taal, en zorg er altijd voor dat je met elkaar in gesprek blijft.”

Het is niet nodig om daarbij elkaar met fluwelen handschoentjes aan te pakken. “In een democratie moet je niet te voorzichtig worden. Maar als je wispelturigheid ten toon spreidt worden burgers ook onrustig. Blijf dus staan voor je standpunten. Dat is nog een hele kunst. Maar consistentie is wel degelijk belangrijk. Ook al omdat je altijd moet kunnen uitleggen waarom een bepaalde keuze gemaakt is.”

Het advies is dan ook om direct na de verkiezingen geen twee maar drie documenten op te stellen. Het collegeakkoord, waarin de wethoudersploeg vastleggen wat ze wil gaan betekenen; het coalitieakkoord, waarin staat waar de raad haar wethouders aan gaat houden; en het raadsprogramma. “Dat is misschien nog wel belangrijker. Leg vast welke onderwerpen je de komende vier jaar als gemeenteraad wil gaan behandelen. De meningen over die onderwerpen hoeven niet overeen te stemmen. Zolang er maar overeenstemming is om het op de agenda te zetten. Het raadsprogramma zou ik iedere gemeenteraad van harte willen aanraden.”

Toon 3 van 3
Delen.

Reacties zijn uitgeschakeld.